Een interview met Aaron Ding over de potentie van edge computing
Naarmate het Internet of Things (IoT) groeit, neemt ook de aandacht voor edge computing toe. “We zijn momenteel aan het overschakelen op dit nieuwe computerparadigma”, legt UD Aaron Ding uit. Ding’s onderzoek, waarmee edge computing al in de kinderschoenen staat, richt zich op het IoT en de kracht van gedistribueerde computerbronnen die worden ingezet aan de randen van het netwerk.
Wat was het oude paradigma?
“Om edge computing te begrijpen, moet je het oude paradigma begrijpen: cloud computing. Stel je voor dat je een slimme luidspreker vraagt om een liedje voor je af te spelen. Dit spraakbestand wordt geüpload naar de cloud. Met andere woorden, via het internet wordt het spraakbestand naar een server gestuurd die zich op een andere locatie bevindt. Die server analyseert vervolgens je verzoek met behulp van algoritmes en stuurt het liedje terug, zodat je het in je huiskamer kunt beluisteren.”
Waarom hebben we edge-computing nodig?
“Er zijn twee belangrijke zorgen over cloud-computing. Allereerst is er de privacykwestie. Tegenwoordig kunnen allerlei sensoren gevoelige informatie verzamelen en naar de cloud sturen. Aangezien veel van deze servers zich niet in Europa bevinden, hoeven cloud-aanbieders niet noodzakelijkerwijs te voldoen aan de Europese privacywetgeving.
Het tweede probleem is het dataverkeer. Al die verschillende apparaten bij elkaar genereren ongelooflijk veel data. In de toekomst gaan er duizenden slimme auto’s rondrijden, die terabytes aan gegevens zullen genereren. Als al die gegevens via het internet naar de cloud – veelal gevestigd in de VS – moeten gaan, krijg je te maken met overbelasting van het netwerk. Je zou het kunnen vergelijken met een snelweg: als het te druk wordt, ontstaan er files.”
Wat is edge-computing en hoe lost het deze problemen op?
”Edge computing is de nieuwe generatie van cloud-computing. Maar in plaats van in een datacenter ergens ver weg, wordt data veel dichterbij de gebruiker verwerkt. Neem bijvoorbeeld een slimme luidspreker die verschillende sensorgegevens uit de omgeving verzamelt. In plaats van deze informatie naar de cloud te sturen, verwerken en analyseren zij deze gegevens ter plaatse, waardoor de gebruiker de controle behoudt. Kort gezegd willen we van een gecentraliseerde aanpak naar een gedecentraliseerde aanpak. Zo voorkomen we ook dat één enkele centrale partij de controle over alles krijgt. Een bijkomend voordeel van edge-computing is dat het dataredundantie tegengaat: als we al de helft van alle data dichtbij de bron kunnen verwerken, verminderen we het potentiële dataverkeer met de helft.”
Waarom bent u zo geïnteresseerd in IoT en edge-computing?
“IoT draait allemaal om verbinding. Met IoT kunnen we al onze bewegingen en al onze handelingen vastleggen en in kennis omzetten. We doen elke dag ontzettend veel en willen eigenlijk elke dag dingen net iets beter maken, zoals bijvoorbeeld in de gezondheidszorg. Alle informatie die IoT vastlegt kan daarbij helpen. Het wonderbaarlijke van IoT is dat we de samenleving ermee naar een hoger niveau kunnen tillen door haar intelligenter, duurzamer en gezonder te maken. Het is daarbij echter wel zaak om IoT op de juiste manier in ons leven te integreren: het moet wel duurzaam en privacy-bestendig zijn.”
Hoe staat het met de technologie achter edge-computing en wat zijn op dit moment de grootste uitdagingen?
“Edge-computing is zich razendsnel aan het ontwikkelen en verscheidene grote partijen produceren nu al chips voor edge-computing, zoals Google, Amazon en Microsoft. Ze hebben allemaal de nodige hardware- en softwareplatforms en hoewel consumenten nog weinig te maken hebben met edge-computing, wordt het wel al volop gebruikt voor bepaalde use-cases in de industrie.
Een van de grote problemen op dit gebied is dat we geneigd zijn te denken dat de meeste problemen door techniek worden opgelost. Maar het domein wordt steeds volwassener: we moeten ook rekening houden met menselijke factoren en bedrijfsbelangen. Sommige problemen zijn zo hardnekkig, dat het onmogelijk is ze op te lossen met louter technische maatregelen. Daarom besteden we tijdens ons onderzoek ook aandacht aan andere sociale, socio-technische en economische disciplines, naast het ontwikkelen van ons eigen edge-netwerk.”
Aaron Ding en zijn team zijn betrokken bij het Delft on Internet of Things (Do IoT) Fieldlab. We bieden een open platform gericht op de ontwikkeling en het gebruik van het Internet of Things en 5G. Onderzoekers, bedrijven, overheden en studenten kunnen in samenwerking met het Fieldlab IoT-toepassingen ontwikkelen en testen op basis van de nieuwste draadloze communicatietechnologie. Samen versnellen we innovatie in mobiliteit, industrie, logistiek, agro, gezondheid en veiligheid. Volg ons online op LinkedIn!